Kritisch op Coalitieakkoord

Hart voor Haarlem geeft hier haar visie op het Onderhandelaarsakkoord 2018 van het nieuwe College van Burgermeester en Wethouders van Haarlem. Dit coalitieakkoord is ambitieus en staat boordevol acties. Hart voor Haarlem twijfelt echter ernstig aan de haalbaarheid en betaalbaarheid van de vele doelstellingen. Kijk hier hoe Louise van Zetten het akkoord beoordeelt in de raadsvergadering van 7 juni 2018.

Op 7 juni 2018 is het nieuwe College in Haarlem geïnstalleerd. Het College bestaat uit dezelfde partijen als in de vorige periode: GroenLinks (2 wethouders), PvdA (1), D66 (1) en CDA (1). Het enige verschil is dat GroenLinks als grootste partij nu 2 wethouders levert, en D66 er één heeft ingeleverd.

College B&W Haarlem 2018-2022

Coalitieakkoord biedt voor-elk-wat-wils

De coalitie heeft een coalitieakkoord geschreven dat besproken is in de Gemeenteraad. Het is een akkoord op hoofdlijnen, dat bol staat van de ambities en acties. Gebrek aan dadendrang kan het nieuwe College dan ook niet verweten worden. Het is een ‘voor-elk-wat-wils’ akkoord, waarbij de coalitie een oprechte poging gedaan heeft een zo breed mogelijke steun in de Raad te verwerven.
Uit de eerste reacties in de Raad van 7 juni mag afgeleid worden dat dit grotendeels gelukt is. Er waren veel vragen over uitwerking, concretisering en financiering, zaken die in vervolgstappen ongetwijfeld aan bod zullen komen. Maar veel partijen konden zich vinden in een agenda die vooral gericht is op groei van de stad, op duurzaamheid en op sociaal beleid.
Hoe kun je hier ook tegen zijn? Maar ‘voor-elk-wat-wils’ betekent dat moeilijke keuzes uit de weg zijn gegaan, en dat wordt aangenomen dat de heersende economische voorspoed in Nederland eeuwig voort zal duren, en alle ambities betaalbaar zal maken.

Hart voor Haarlem deelt dit optimisme van de coalitie niet. Onze fundamentele kritiek is dat de coalitie kiest voor onrendabele groei en de lasten hiervan afschuift op de inwoners van Haarlem, nu en in de toekomst.

In Haarlem zijn kansen voor hoogwaardige groei

In de Woonvisie voor Haarlem, gepubliceerd in november 2016, is gesteld dat Haarlem in 2030 7.500 extra woningen zal tellen. De ‘noodzaak’ voor deze groei van ca. 10% wordt afgeleid uit demografische ontwikkelingen in Nederland.
Nu is het zeker zo dat de bevolking van Nederland nog steeds een beetje groeit, en dat het aantal huishoudens nog wat sneller groeit, doordat huishoudens kleiner worden door het toenemend aantal alleenstaanden dat een zelfstandige woning zoekt.
Maar een stad groeit alleen als er daadwerkelijk meer woningen komen. Haarlem is door zijn ligging, historie en voorzieningen een aantrekkelijke stad om in te wonen. Dit biedt zeker kansen voor groei, en met name ook kansen voor hoogwaardige en financieel rendabele groei. Maar of en hoe de stad groeit is uiteindelijk een doelbewuste en strategische keuze van de Gemeenteraad, geen externe factor die op de stad afkomt, en die de gemeente moet vervullen.

De coalitie kiest voor onrendabele sociale groei

De coalitie kiest echter niet voor hoogwaardige groei maar voor sociale groei. Met groei van het woningbestand kies je ook voor de onvermijdelijke investeringen in aanvullende voorzieningen die groei met zich meebrengt, zoals scholen, sportvoorzieningen, infrastructuur en sociale voorzieningen. Door te kiezen voor bovenmatig sociale groei, middels een eis van 40% sociale woningbouw en een streven om naast de 7.500 tot 2030 nog 2.500 (vooral) sociale woningen extra te bouwen, zal de druk op deze sociale voorzieningen onevenredig toenemen. Tegenover deze sociale groei staan geen netto inkomsten voor de gemeente. Vandaar dat Hart voor Haarlem spreekt van een keuze van de coalitie voor onrendabele groei van de stad. Omdat Haarlem al een ‘arme’ stad is, met een hoge schuldquote, neemt de coalitie hiermee een groot financieel risico.

Focus op ‘sociaal’ zet rem op woningbouw

Tenslotte zullen door de eis ‘40% sociale woningbouw’ (in plaats van 25% zoals in de Woonvisie verwoord is) projecten moeilijker van de grond komen. De leidende partijen in de Raad willen projectontwikkelaars zelfs project voor project uitdagen om maximaal sociaal te bouwen. De eerste ontwikkelaars hebben al aangekondigd hun projecten op te schorten of stil te leggen (zoals in het Spaarne Gasthuis gebied en het Deli terrein aan het Spaarne).
Hart voor Haarlem voorspelt dat er op deze manier van de bouwambities van de coalitie de komende 4 jaar weinig terecht zal komen. Als je wilt groeien en wilt investeren in voorzieningen, kies dan vooral voor duurdere gezinswoningen die aantrekkelijk zijn voor ontwikkelaars. Zo weet je zeker dat deze snel gebouwd worden, en er gebruikers voor de voorzieningen komen die een financiële bijdrage aan de stad gaan leveren. De sociale woningbouw kan hierop meeliften. Andersom gaat het echt niet werken.

Grote duurzame ambities, weinig concrete plannen

Het tweede (of misschien wel eerste) speerpunt in het coalitieakkoord ‘Duurzaam Doen’ is duurzaamheid . Hoewel de coalitie stelt dat alle beleidsterreinen doortrokken zullen zijn van duurzaamheid, is dit misschien wel het minst uitgewerkte beleidsvoornemen in het akkoord. Veel verder dan het herhalen van de eerdere mantra’s ‘Haarlem klimaatneutraal in 2030’, ‘Haarlem aardgasvrij in 2040’, en ‘Haarlem klimaatbestendig in 2050’ komt de coalitie niet. Ook het omarmen van de (17!) ‘Global Goals for Sustainable Development’ van de Verenigde Naties levert hippe teksten op, maar biedt weinig houvast voor de inwoners van Haarlem.
Toch hangen deze ambities als een donkere wolk boven de stad. En dit is geen wolk van CO2 en fijnstof, maar een wolk van onzekerheid over hoe deze doelen gerealiseerd moeten worden en wat het prijskaartje hiervan zal zijn. De coalitie belooft dat de woonlasten niet zullen stijgen, maar dat is een flagrante leugen als de coalitie tegelijkertijd stelt dat deze duurzaamheidsdoelen gerealiseerd moeten worden. De kosten hiervan zullen immers opgebracht moeten worden door de huiseigenaren, bedrijven en maatschappelijke organisaties in de stad. Dit zullen grotendeels onrendabele investeringen zijn die niet terugverdiend worden door lagere energiekosten. De aanzienlijke investering die de gemeente zelf gaat doen in de nieuwbouw en renovatie van het Rudolf Steiner College in Schalkwijk is hier een verontrustend voorbeeld van.

Milieufundamentalisme en haast zijn duur!

Hart voor Haarlem is vóór duurzaamheid, maar heeft met twee aspecten van het coalitieakkoord grote moeite.
Het eerste aspect is het fundamentalistische karakter van de doelstellingen. Het reduceren van milieu-impact verloopt altijd via de zogenaamde Pareto-regel. Dat wil zeggen dat je voor relatief weinig geld meestal een grote stap richting verbetering kunt zetten, maar dat het extreem veel geld kost om de impact volledig ongedaan te maken. Ergens ligt dan een optimum.
‘Aardgasvrij’ is een fundamentalistisch principe: We willen geen aardgas meer (100%). Dit zal echter een onbetaalbare en daarmee onhaalbare wens blijken te zijn. Hart voor Haarlem pleit dan ook voor ‘aardgasarm’: Ga op zoek naar het optimum en vraag je bij iedere investering in bouw- en energietechniek af of deze het ultieme doel van CO2-reductie tegen aanvaardbare kosten dichterbij brengt. Dan zal blijken dat in veel gevallen gas zo gek nog niet is.
Het tweede aspect is de haast die de coalitie aan de dag legt. Nog voordat de Haagse ‘Klimaattafels’ een beleid hebben geformuleerd voor de periode na 2023 kiest de coalitie in Haarlem al voor doelstellingen die 10 jaar vóórlopen op de Haagse doelstellingen, die zijn afgeleid van het Klimaatakkoord dat in 2015 in Parijs is afgesloten. Hart voor Haarlem vraagt zich oprecht af waar dit goed voor is, anders dan voor het ego van de betrokken (GroenLinks) politici. Ook deze irrationele haast dreigt Haarlem en haar bevolking het pad van de onrijpe plannen en onrendabele investeringen op te jagen. Ook hier is het Rudolf Steiner project een voorbeeld van. De coalitie bewijst de stad hier, ondanks haar goede bedoelingen, geen dienst mee.

Coalitie jaagt schuld Haarlem op naar gevaarlijk niveau

Het derde grote punt in het coalitieakkoord dat Hart voor Haarlem afwijst is de schaamteloze verhoging van de schuld van de gemeente. Deze schuld is en was te hoog en is om deze reden door de vorige coalitie, onder leiding van D66, met veel pijn en moeite teruggebracht naar 96% van de gemeentebegroting (ultimo 2016).
Onderstaande figuur geeft de relatieve schuldpositie van de gemeenten in Nederland weer (per eind 2016). 344 gemeenten hadden een schuld. 55 gemeenten hadden geen schuld. De gemiddelde schuld bedroeg 60% van de gemeentebegroting. De schuld van Haarlem zit in de rode zone van 90%-130% van de gemeentebegroting, en inmiddels gelukkig weer aan de onderzijde van deze bandbreedte.

Bron: VNG gemeenterekeningen 2016

De coalitie stelt echter voor de remmen volledig los te gooien en de schuld in een paar jaar tijd op te laten lopen naar 120% van de begroting. Dit is boven in de bandbreedte en daarmee dicht bij het donkerrode niveau waarop de gemeente door de Provincie verplicht zal worden de schuld geforceerd terug te brengen. Een beetje economische tegenwind zal leiden tot een voorspelbare daling van de Rijksbijdrage aan het gemeentefonds, en hogere kosten in het sociale domein. Dit kan de gemeente met een dergelijk hoog schuldniveau in grote problemen brengen.
Hart voor Haarlem vindt dit potverteren volgens klassiek sociaal-democratisch recept. Op korte termijn zullen de Haarlemmers hier misschien weinig van merken, maar de kans dat in volgende periodes weer keihard gesaneerd zal moeten worden en/of de woonlasten verhoogd zullen moeten worden voor schuldsanering is aanzienlijk. En bedenk hierbij dat de woonlasten in Haarlem al tot de hoogste in Nederland behoren! Hart voor Haarlem vindt dit een onverantwoorde hypotheek die doorgeschoven wordt naar de toekomst.

Andere opvallende punten in coalitieakkoord

Andere punten die Hart voor Haarlem opvallen en zorgen baren zijn:

  • Mobiliteit: De coalitie zet maximaal in op de fiets. De auto komt er bekaaid af. Aan de fileproblematiek wordt vrijwel niets gedaan. Baanbrekende openbaar vervoer oplossingen ontbreken.
  • Erfgoed: Aan beheer en onderhoud van de vele historische panden in Haarlem is de afgelopen jaren te weinig gedaan. De verantwoordelijke afdeling van de gemeente wordt door de coalitie uitgebreid, mede op verzoek van Hart voor Haarlem. We zullen de komende periode kritisch volgen of dit tot verbetering leidt.
  • Dienstverlening: De gemeente Haarlem heeft in de stad nu al niet de naam een vlotte en adequate dienstverlener voor ondernemers te zijn. Een recent onderzoek naar de dienstverlening door de gemeente Zandvoort (die sinds 1 januari door Haarlem wordt uitgevoerd!) laat zeer zorgelijke resultaten zien. De score van Zandvoort (Haarlem?) was 3,8 op een schaal van 10. Zandvoort scoorde hiermee veruit als slechtste van de 160 onderzochte gemeenten (Haarlem zelf is niet onderzocht). De gemeente Haarlem wijst hierbij op de recente overgang van Zandvoort en op ‘aanloopproblemen’, maar erg hoopvol is deze score natuurlijk niet. In het coalitieakkoord wordt over de kwaliteit van de gemeentelijke organisatie vrijwel niets opgemerkt. Los van de dienstverlening zullen ook de vele ambitieuze plannen van het nieuwe College een groot beroep doen op de uitvoeringscapaciteit in de gemeentelijke organisatie. Hart voor Haarlem heeft niet de indruk dat de gemeente op dit moment op deze taak berekend is en dat de coalitie dit op haar netvlies heeft.

Hart voor Haarlem zal de coalitie kritisch volgen!

Besturen gaat over visie en strategie, maar gaat misschien nog wel meer over uitvoering en het beheersen van (financiële) risico’s. De coalitie geeft er volgens Hart voor Haarlem geen blijk van deze samenhang te begrijpen. Het akkoord is idealistisch, maar getuigt van een zekere naïviteit. De coalitie geeft geld uit dat er niet is, voor bewoners die er misschien helemaal niet komen. De coalitie formuleert torenhoge ambities op het terrein van duurzaamheid, zonder eerlijk te zijn over de hoogte van de kosten, en over wie voor deze kosten gaan opdraaien. Tot slot heeft de coalitie geen oog voor de mate waarin de ambtelijke organisatie in staat is om al deze plannen uit te voeren.

Het worden 4 interessante jaren. Hart voor Haarlem zal constructief maar kritisch toezicht houden. Daar kun je in ieder geval op rekenen!